Turboliquidatie wordt moeilijker
‘Nieuwe wet moet opmars stuiten van fraude met plof-bv’s’, zo opende het Financiële Dagblad met een artikel de krant van 7 oktober 2019. Minister Sander Dekker van Rechtsbescherming werkt daarvoor aan een wetswijziging omtrent mbt turboliquidatie, zo liet hij vanmorgen weten aan de Tweede Kamer.
Aankomende wetswijziging
Aandeelhouders wordt het moeilijker gemaakt om met een turboliquidatie schuldeisers te ontlopen. Zij moeten binnenkort zo’n “versnelde ontbinding” van hun besloten vennootschap vooraf bekend maken. Daarnaast zullen ze ook meer verantwoording moeten afleggen over het waarom en de noodzaak van de voorgenomen turboliquidatie. De overheid beoogt hiermee schuldeisers beter in staat te stellen hun geld terug te vorderen. Volgens het ministerie van Justitie & Veiligheid kan de opmars van fraude met een zogeheten “plof-B.V.” worden gestuit.
Turboliquidatie
Eerder schreven wij al een artikel over de diverse mogelijkheden om een vennootschap te beëindigen. Een vennootschap kan worden ontbonden door een besluit van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. De vennootschap blijft na de ontbinding voortbestaan als dit voor de vereffening van zijn vermogen nodig is.
Als er helemaal geen baten zijn, behoeft er geen vereffening plaats te vinden. Met het besluit van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders tot ontbinding houdt de vennootschap dan direct op te bestaan. De liquidatie moet wel in het handelsregister van de Kamer van Koophandel worden ingeschreven. Dit is een heel snelle en goedkope vorm van liquidatie die vaak zorgvuldig wordt voorbereid. De bestuurder draagt dan zorg voor het batenvrij maken van de vennootschap. Voor een turboliquidatie hoeft de vennootschap niet schuldenvrij te zijn, enkel batenvrij.
Risico op misbruik
Bij een turboliquidatie hoeft er geen rekening en verantwoording te worden afgelegd en dat kan misbruik in de hand werken waarbij de crediteuren worden benadeeld. Als een bestuurder bijvoorbeeld over gaat tot turboliquidatie en er nog baten aanwezig waren, dan benadeelt hij daarmee de schuldeisers. De bestuurder kan daarmee een persoonlijk ernstig verwijt worden gemaakt en kan daarvoor aansprakelijk gesteld worden. Een ander voorbeeld is het uitkeren van aanwezig vermogen aan zij die betrokken zijn bij de vennootschap om van de baten af te komen. Ook hiermee worden schuldeisers benadeeld en kan de bestuurder hiervoor vervolgd worden. Het is dus niet geheel zonder risico’s!
Over heel 2018 heeft de Kamer van Koophandel bijna 37.000 ontbindingsbesluiten genoteerd, waarvan 33.000 staan geregistreerd als turboliquidatie. De Belastingdienst schat volgens het FD op basis van de cijfers over 2010-2016 dat er mogelijk met 1/5 van de turboliquidaties iets mis was.
Betere bescherming, meer transparantie
Minister Dekker wil dat nu veranderen met een wetswijziging. Hij wil het proces rond een turboliquidatie transparanter maken. ‘In de huidige situatie worden schuldeisers niet geïnformeerd en komen er pas na verloop van tijd achter dat ze naar hun geld kunnen fluiten. Zij worden straks beter beschermd‘, zegt hij.
In een brief aan de Tweede Kamer schrijft Dekker maandag: ‘Een bedrijf dat via een turboliquidatie ermee stopt, moet in de toekomst meer informatie geven om te verantwoorden dat een turboliquidatie nodig was. Zo wordt het bestuur verplicht om een slotbalans op te stellen en vast te laten leggen, met een verklaring waarom er geen vermogen (meer) op de balans staat. Het bedrijf moet ook inzicht geven met jaarrekeningen. Verandering in de bezittingen van de voorafgaande jaren zijn dan beter te controleren.‘
Heeft u vragen over de turboliquidatie, of bent u voornemens uw B.V. te ontbinden? Dan bent u bij ons aan het goede adres. Één van de advocaten van Fruytier Lawyers in Business staat u graag te woord.