Wanprestatie
Wanneer twee partijen een contract sluiten, en één van de partijen zijn verplichtingen niet nakomt of niet geheel nakomt, dan spreken we van een ‘tekortkoming’ (in de nakoming). Als de tekortkoming niet kan worden toegerekend aan de tekortkomende partij, is er sprake van een overmachtssituatie. Een tekortkoming die wél kan worden toegerekend noemen we een ‘wanprestatie’.
De wederpartij kan bij wanprestatie eisen dat het contract alsnog nagekomen wordt. Dit gebeurt door middel van een aanmaning, de zogenaamde ‘ingebrekestelling’, waarin een redelijke termijn wordt geboden om het contract na te komen. Pas wanneer de wederpartij ook dat nalaat, en daardoor ‘in verzuim’ is, kan schadevergoeding geëist worden.
Wanneer nakoming van het contract ondertussen onmogelijk is geworden, kan de ingebrekestelling worden overgeslagen en direct schadevergoeding geëist worden.
Zie 6:74 BW.