Spoedeisend belang
Wanneer iemand een vordering heeft waarbij het essentieel is dat er snel actie wordt ondernomen, spreken we van een ‘spoedeisend belang’. In zo’n geval kan er een kort geding-procedure worden aangespannen. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan gevallen waarin er een vergankelijk product in het geding is, zoals groente of fruit, of waarin het verstrijken van tijd anderszins schade kan berokkenen, zoals bij een lasterlijke uitlating.
Of de rechter een spoedeisend belang aanwezig acht, hangt altijd af van de omstandigheden van het geval. Is er geen spoedeisend belang, dan kan er geen kort geding-procedure worden gestart en moet de uitkomst van de bodemprocedure worden afgewacht.
Zie 254 Rv.