Exploitatierecht
In het intellectueel eigendomsrecht heeft een auteur een exploitatierecht met betrekking tot zijn werk van letterkunde, wetenschap of kunst. Dit recht is tweeledig: enerzijds omvat dit het exclusieve recht om het werk te publiceren (openbaarmaking), anderzijds het exclusieve recht om het te kopiëren (verveelvoudiging).
Bij openbaarmaking gaat het erom dat het publiek het werk kan waarnemen. Dit kan in uiteenlopende situaties het geval zijn – het verkopen van een roman, het uitzenden van een film via televisie of internet, het afspelen van muziek in een bedrijf of bij een festival: in al deze gevallen wordt het werk geopenbaard. Wanneer het niet de auteur zelf is die het werk openbaart, moet zijn toestemming zijn verkregen en moeten er doorgaans royalties betaald worden.
Ook verveelvoudiging is een ruim begrip. Hieronder valt allereerst het maken van kopieën: het produceren van een muziekstuk op 5.000 cd’s, maar ook het uploaden van een mp3-bestand ervan op het internet. Ook kan bij boeken of foto’s gedacht worden aan natekenen, overschrijven, scannen, het maken van afgietsels en het opslaan op de harde schijf van een computer. Daarnaast valt ook een bewerking onder verveelvoudiging: het remixen van een muzieknummer, het vertalen of verfilmen van een boek, het produceren van merchandise bij een film. De verveelvoudiging hoeft dus geen exacte kopie te zijn: een kopie gegoten in brons waarvan het origineel in steen is gebeiteld, is ook een kopie.
Zie 12 en 13 Aw.