flib 50 jaar
Gepubliceerd op: 17 maart 2025

Is er in het licht van de Wet DBA iets veranderd voor ZZP-ers door het Uber-arrest?

Een vraag die ZZP-end Nederland al langer bezighoudt, is hoe de handhaving op de Wet DBA door de Belastingdienst zal uitpakken. Het is in dat kader goed om te weten hoe de rechter aankijkt tegen de kwalificatie van de rechtsbetrekking tussen de opdrachtgever/werkgever en de opdrachtnemer/werknemer.

Het Deliveroo-arrest: gevolgen voor ZZP-ers

In het Deliveroo-arrest van 24 maart 2023 werd ten aanzien van de beoordeling van de vraag of er een arbeidsovereenkomst was gesloten of een ZZP-overeenkomst (overeenkomst van opdracht) nog aan het ondernemerschap van de betreffende persoon overwogen: “- Op dit moment kent de civiele wetgeving geen betekenis toe aan het wel of niet zijn van ondernemer voor de vraag of een overeenkomst moet worden aangemerkt als arbeidsovereenkomst of niet.”.

Dat ondernemerschap als criterium niet wordt erkend, is voor de ZZP-er geen goed nieuws, immers, er zullen bij een regelmatig terugkerende opdrachtgever zeker ook uiterlijke kenmerken van een arbeidsovereenkomst te zien zijn, bijvoorbeeld regelmatig werken op de locatie van de opdrachtgever.

 Prejudiciële vragen in de Uber-zaak

Op 21 februari 2025 heeft de Hoge Raad een arrest gewezen inhoudende een prejudiciële beslissing op aanvraag van het gerechtshof te Amsterdam.

Door het hof waren in een zaak tussen de FNV en Uber alsmede enkele van de chauffeurs die voor Uber werken op grond van een ZZP overeenkomst deze prejudiciële vragen gesteld.

In de zaak was door het FNV gevorderd om voor recht te verklaren dat de CAO voor het Taxivervoer op deze overeenkomsten van toepassing was.

Antwoorden van de Hoge Raad op de prejudiciële vragen

De Hoge Raad heeft de prejudiciële vragen als volgt beantwoord, aldus de website van de Hoge Raad zelf. In het Deliveroo-arrest heeft de Hoge Raad geen rangorde aangebracht tussen de in dat arrest genoemde omstandigheden die van belang zijn voor de beoordeling of sprake is van een arbeidsovereenkomst.

De omstandigheid ‘ondernemerschap’ is dus niet minder belangrijk dan de andere omstandigheden. Voor zo’n rangorde ziet de Hoge Raad ook nu geen aanleiding. Niet uit te sluiten valt dat voor het antwoord op de vraag of een overeenkomst een arbeidsovereenkomst is, doorslaggevend is of de werkende zich in het economisch verkeer als ondernemer gedraagt of kan gedragen, ook als andere omstandigheden wijzen op een arbeidsovereenkomst.

Het kan zich dus voordoen dat de arbeidsrelatie ten aanzien van hetzelfde werk, verricht voor dezelfde opdrachtgever, voor een werkende met ‘ondernemerschap’ geen arbeidsovereenkomst is en voor een werkende zonder ‘ondernemerschap’ wel. ‘Ondernemerschap’ in de zin van het Deliveroo-arrest heeft betrekking op de algemene (ondernemers)situatie van de werkende en kan dus ook zien op omstandigheden die zijn gelegen buiten de specifieke verhouding tussen de werkende en zijn opdrachtgever.

Zelfstandigheid versus schijn-zelfstandigheid

Met het geven van deze beslissing kan een ZZP-er dus beter aantonen dat de relatie meer kenmerken van zelfstandigheid bevat dan van een arbeidsrelatie. De euforie die hier en daar valt te bespeuren naar aanleiding van het Uber-arrest (.PDF) deel ik echter niet. Immers, nog altijd heeft de ZZP-er een behoorlijke kluif om aan te tonen dat de criteria die de Hoge Raad heeft onderscheiden, ook daadwerkelijk leiden tot de conclusie dat er sprake is van zelfstandigheid en geen schijn-zelfstandigheid.

De negen criteria uit het Uber-arrest

Voor die criteria neem ik rechtsoverweging 3.5 van het Uber-arrest hieronder over:

“3.2.3 Om te kunnen beoordelen of een overeenkomst als een arbeidsovereenkomst moet worden aangemerkt, moet door uitleg aan de hand van de Haviltexmaatstaf worden vastgesteld welke rechten en verplichtingen partijen zijn overeengekomen. Als de overeengekomen rechten en verplichtingen voldoen aan de wettelijke omschrijving van de arbeidsovereenkomst, moet de overeenkomst als zodanig worden aangemerkt. Voor deze kwalificatie is niet van belang of partijen de bedoeling hadden de overeenkomst onder de wettelijke regeling van de arbeidsovereenkomst te laten vallen.

Of een overeenkomst moet worden aangemerkt als arbeidsovereenkomst, hangt af van alle omstandigheden van het geval in onderling verband bezien. Van belang kunnen onder meer zijn

[i] de aard en duur van de werkzaamheden,

[ii] de wijze waarop de werkzaamheden en de werktijden worden bepaald,

[iii] de inbedding van het werk en degene die de werkzaamheden verricht in de organisatie en de bedrijfsvoering van degene voor wie de werkzaamheden worden verricht,

[iv] het al dan niet bestaan van een verplichting het werk persoonlijk uit te voeren,

[v] de wijze waarop de contractuele regeling van de verhouding van partijen is tot stand gekomen,

[vi] de wijze waarop de beloning wordt bepaald en waarop deze wordt uitgekeerd,

[vii] de hoogte van deze beloningen, en

[viii] de vraag of degene die de werkzaamheden verricht daarbij commercieel risico loopt. Ook kan van belang zijn

[ix] of degene die de werkzaamheden verricht zich in het economisch verkeer als ondernemer gedraagt of kan gedragen, bijvoorbeeld bij het verwerven van een reputatie, bij acquisitie, wat betreft fiscale behandeling, en gelet op het aantal opdrachtgevers voor wie hij werkt of heeft gewerkt en de duur waarvoor hij zich doorgaans aan een bepaalde opdrachtgever verbindt.

Het gewicht dat toekomt aan een contractueel beding bij beantwoording van de vraag of een overeenkomst als arbeidsovereenkomst moet worden aangemerkt, hangt mede af van de mate waarin dat beding daadwerkelijk betekenis heeft voor de partij die de werkzaamheden verricht.

Kortom: de werkrelatie moet geheel worden uitgelegd aan de hand van wat partijen over en weer redelijkerwijs mochten afleiden uit elkaars verklaringen en vervolgens worden daarbij de negen criteria betrokken om dat in de concrete situatie in te vullen.

De Wet DBA en de Uber-zaak

Wat verder niet in de Uber-zaak is betrokken, is de Wet DBA zelf. Het ging hier in de Uber-zaak immers om de toepasselijkheid van de CAO voor het Taxivervoer. Uiteraard heeft een CAO ook een beschermende strekking voor de werknemer, maar de strekking van de Wet DBA ligt meer op het tegengaan van schijnzelfstandigheid. Misschien legt de Hoge Raad een voorkomende zaak net zo uit als bij het Uber-arrest. Maar niet uitgesloten kan worden dat bij de beoordeling van zelfstandigheid nog meer naar de branche wordt gekeken, de hoogte van de tarieven etc., met als uitgangspunt dat er sprake is van een arbeidsrelatie, tenzij de betrokkene het dermate goed voor elkaar heeft en op zo’n gelijkwaardige manier deelneemt aan het economisch verkeer, dat de bescherming van de arbeidsovereenkomst niet nodig is. Het ondernemerschap zal dan mogelijk nog verder in belang stijgen.

Praktische tips

Hoe hier dan in concreto mee om te gaan? In Nederland wordt enorm veel met ZZP-ers gewerkt, er is weinig drang om mensen in loondienst te nemen en in diverse branches, zoals de zorg, zijn velen gewend geraakt aan de flexibele tijden en een beloning die vaak het dubbele is van een CAO salaris voor dezelfde werkzaamheden. Deze mensen willen liever niet in loondienst. De gaten in de roosters, terwijl dit werk allemaal moet worden gedaan, worden nu nog gevuld met ZZP-ers, maar richting 2026 zal dit probleem in volle omvang terugkomen.

Aanbevelingen voor ZZP-ers

De ZPP-er doet er vooral goed aan bij meerdere opdrachtgevers te werken, een eigen website te hebben, acquisitie te plegen, en vooral niet op de website te staan van de opdrachtgever waar hij of zij bijna fulltime ‘in het team ‘ zit. En ook alles wat naar een gezagsverhouding riekt zal moeten worden vermeden. De ZZP-er moet zich als onafhankelijke professional opstellen. Men kan zich voorstellen dat de Belastingdienst met een AI gestuurd programma een zoekslag op het internet doet en grootschalig een eerste analyse doet. In dat sleepnet wil een ZZP-er niet terecht komen. En de opdrachtgever moet de ZZP-ers die voor hem/haar werken niet op de website hebben staan. Deze lijst van laaghangend fruit dat geplukt kan worden om te voorkomen dat de werkrelatie als arbeidsrelatie wordt gekwalificeerd, is zeker niet uitputtend en zal per branche ook zeker verschillen. Men doet er goed aan zich tijdig te oriënteren om problemen te voorkomen.

Contact

Heeft u vragen naar aanleiding van dit artikel of andere vragen aangaande de wet DBA? Neem dan contact op met een van onze advocaten via de mailtelefonisch of vul het contactformulier in voor een vrijblijvend eerste gesprek. Wij denken graag met u mee.

 

Artikelen door Jop Fellinger

Stuur ons een bericht

Voor verdere vragen kunt u het formulier hieronder gebruiken. Wij nemen dan zo spoedig mogelijk contact met u op.