Fruytier Lawyers in Business wint in cassatiezaak bij de Hoge Raad over prospectusplicht bij executie van aandelen.
Prospectusplicht
Bij de executoriale verkoop van aandelen geldt geen prospectusverplichting. Hierover bestond lange tijd onduidelijkheid. Die plicht bestaat namelijk strikt genomen wel op basis van de Wet op het Financieel Toezicht (WFT). In een zaak die door Fruytier Lawyers in Business tot aan de Hoge Raad en het Europese Hof van Justitie werd gevoerd is nu door de Hoge Raad duidelijkheid gegeven.
Belang van de uitspraak
Dat de Hoge Raad deze uitzondering op de prospectusplicht maakt is belangrijk omdat het opstellen van een prospectus duur is en daarnaast de verkoper meestal een schuldeiser is die te weinig informatie heeft over de aandelen om een goede prospectus te maken. De Hoge Raad baseerde haar oordeel mede op een advies van het Europese Hof van Justitie in deze zaak. Als advocaat van een schuldeiser die aandelen executoriaal verkocht, heeft Fruytier daarmee een ook voor de toekomst interessante overwinning behaald.
Voorgeschiedenis
Het gebeurt niet zo vaak dat in een zaak tot aan de Hoge Raad wordt doorgeprocedeerd. Het gebeurt al helemaal niet vaak dat die Hoge Raad dan vragen gaat stellen aan het Europese Hof van Justitie (HvJEU). Dat vond allemaal wel plaats in een geding waarbij Fruytier Lawyers in Business aan de rechter verzocht de wijze van verkoop van aandelen vast te stellen. Er was door Fruytier Lawyers in Business beslag gelegd op de aandelen in een vennootschap ter incasso van een vordering. De wet schrijft dan voor dat dan de rechter moet worden verzocht te bepalen dat en binnen welke termijn tot verkoop van aandelen zal worden overgegaan en op welke wijze en onder welke voorwaarden deze verkoop zal dienen plaats te vinden.
Argumenten tegen prospectusplicht bij executoriale verkoop aandelen
Bij een verkoop van effecten moet op grond van de Wet op het Financieel Toezicht een prospectus worden opgesteld. Voor het opstellen van zo’n prospectus is veel en gedetailleerde informatie over de vennootschap nodig waarover je als executant niet beschikt en ook de kosten van het opstellen van een prospectus zijn aanzienlijk.
De vraag was of die prospectusplicht ook van toepassing is in het kader van een executoriale verkoop van effecten. De advocaten ondernemingsrecht van Fruytier betoogden van niet met als argument dat de doelstelling van de WFT onder meer is om beleggers en spaarders te beschermen tegen malafide aanbiedingen, onvoldoende informatie en ondeskundig optreden en dat deze wet niet strekt ter bescherming van executiekopers die bij een executoriale verkoop bewust een risico nemen met het oogmerk winst te behalen. Daarnaast zou het opstellen van een prospectus ook niet goed mogelijk zijn, omdat er niet over de daarvoor vereiste informatie kon worden beschikt.
Oordeel Europese Hof van Justitie
De Hoge Raad vroeg het Europese Hof van Justitie om haar mening en het HvJEU heeft geantwoord dat een verkoop van effecten in het kader van een gedwongen executie niet aansluit bij de door de prospectusrichtlijn nagestreefde doelstellingen en dus niet binnen de werkingssfeer valt.
Door deze uitspraak van de Hoge Raad is eindelijk duidelijkheid gekregen. De partijen in deze zaak hebben er evenwel niets aan gehad omdat al lang voor de uitspraak van de Hoge Raad kwam de betaling van de vordering had plaatsgevonden om de executie van de aandelen te voorkomen. De uitspraak is te vinden op: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:HR:2015:1114.