Octrooirecht
In vergelijking tot andere intellectuele eigendomsrechten is het octrooirecht complex en kenmerkt het octrooirecht zich door veel juridische en technische voorwaarden.
De nationale procedure voor het verkrijgen van een octrooi is geregeld in de Rijksoctrooiwet (ROW). Kort gezegd moet het gaan om een aantoonbare uitvinding van technische aard die als oplossing voor een probleem kan worden gezien. Verder wordt getoetst aan de uitvindingshoogte, dat wil zeggen dat wordt gekeken naar het innovatieve/afwijkende karakter van de uitvinding.
Octrooischrift
De uitvinding moet ook ‘toepasbaar’ zijn, waarmee wordt bedoeld dat de uitvinding aan de hand van het zogenaamde octrooischrift door een deskundige wordt getoetst op werkzaamheid. De werkzaamheid moet zich vertalen in een industriële toepassing.
Als het al tot een octrooiverlening komt, is van belang om te vermelden wie de daadwerkelijke uitvinder (bijvoorbeeld een werknemer) is aangezien de daadwerkelijke uitvinder recht heeft op naamsvermelding.
De exploitatie van het octrooi is een vak apart. De rechthebbende/uitvinder kan het voor zichzelf behouden, maar ook verkopen en/of exploiteren door middel van licenties.
Wanneer er gaandeweg juridische problemen ontstaan, is absoluut noodzakelijk om de bijstand in te roepen van een advocaat. Al naar gelang de aard van het geschil, kunnen de advocaten van Fruytier Lawyers in Business uw belangen behartigen of u in contact brengen met deskundigen op dit gebied.
« Terug naar intellectueel eigendom