IE Wet- en Regelgeving (overzicht)
Er is niet één ‘IE wet’. Er zijn diverse uitsluitende rechten of monopolierechten die bij elkaar het IE-recht invullen:
- het merkrecht
- het modellenrecht
- het auteursrecht
- het handelsnaamrecht
- het domeinnaamrecht*
- het databankrecht
- het naburig recht
- het octrooirecht
- het kwekersrecht
- het recht op topografieën van halfgeleiders
Aanvullend op de IE-regelingen geldt er bescherming via juridische leerstukken over:
- de slaafse nabootsing (art. 6:162 BW)
- de misleidende mededeling (art. 6:194 BW)
- de ICT diensten in de informatie maatschappij (art. 6:196 b, -c BW)
- het reclamerecht, onrechtmatige vergelijkende reclame (art. 6:194a BW; o.a. bij advertenties en internet marketing campaigning)
- de oorsprongsbenaming en geografische aanduiding (met aparte EU verordeningen)
- het handelsgeheim (‘knowhow’, bijv. receptuur – art. 6:162 BW, art. 22-2b TRIPS)
- de slagzin (slogan)
- de oneerlijke handelspraktijken (Richtlijn OHP).
Uiteraard zijn er veel verdragen over intellectueel eigendom. Het oudste en nog geldende verdrag is het Unieverdrag van Parijs uit 1883, dat wel diverse malen is aangepast. Dit geldt ook voor de Berner Conventie uit 1886. Het ‘TRIPS’-verdrag (van de WTO) is recenter (1994) en is wereldwijd relevant.
* domeinwetgeving is opgebouwd uit Europese, nationale en internationale regels en tevens het handelsnaamrecht en merkrecht.